donderdag 16 juli 2009

Evangelie als leefregel (Franciscus van Assisi)


Voor het volgende tentamen/werkstuk, moet ik ver terug in mijn archief. Het betreft het tweede blok van het eerste jaar. Was ik er maar eerder aan begonnen...
Maar ik was al eerder begonnen!
Een van de werkstukken voor mijn eindexamen geschiedenis op de middelbare school ging over Franciscus. Ik herinner me nog dat mijn docent als commentaar gaf: je bent vast door hem geraakt. Je hebt een betrokken werkstuk gemaakt.
Na een bezoek aan Assisi (mei 1988) is dit de derde keer dat ik Franciscus en zijn leven en geschriften ter hand neem.

Mystiek staat niet haaks op maatschappelijke betrokkenheid. Dat is wat me nu in eerste instantie invalt. Franciscus (1182-1226) wilde mensen inspireren tot de 'vita evangelica', een leven in het voetspoor van Jezus.

"En ik, kleine broeder Franciscus, jullie dienaar, bevestig voor jullie deze allerheiligste zegen." Zo laat Franciscus, omringd door zijn volgelingen, als slotzin opschrijven in zijn Testament. Hij voelt zijn einde naderen en geeft zijn volgelingen op hun verzoek een laatste zegen.

Het Testament is een van de boeiendste geschriften van Franciscus. Het is ook het enige waarin hij iets over zichzelf vertelt.

Opvallend is vooral de zin waarin Franciscus zegt, dat God zelf hem heeft geopenbaard "dat ik moest leven met het heilig evangelie als regel".
Het evangelie als leefregel: dat is de rode draad door al zijn geschriften.

Franciscus’ roeping vond plaats in 1208, toen hij 26 jaar oud was. In de kerk van Assisi sloeg hij het Nieuwe Testament op een willekeurige pagina open en las Mattheüs 19, 21, waar Jezus zegt: "Als je volmaakt wilt zijn, ga dan naar huis, verkoop alles wat je bezit en geef de opbrengst aan de armen; dan zul je een schat in de hemel bezitten. Kom daarna terug en volg mij."

Franciscus nam dit kennelijk heel letterlijk. Hij verliet zijn ouderlijk huis – hij kwam uit een welgestelde familie – en ging leven als een boeteling. Om aan eten te komen bedelde hij. Hij leefde van de tafel van de Heer, die niemand uitsluit.
De mensen verklaarden hem voor gek: eerst al je bezittingen weggeven en dan je hand ophouden? Maar er spreekt authenticiteit uit Franciscus’ gedrag en al spoedig kreeg hij volgelingen. In 1209 gaf paus Innocentius III zijn goedkeuring aan de groeiende beweging en die werd een officiële orde, die van de 'minderbroeders'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten